Wanneer u begint als micro-wijnbouwer is een van de prangende vragen: welk druivenras plant ik in mijn tuin? Natuurlijk droomt iedereen ervan dat zijn tuin een soort tweede Clos de Tart of Romanée-Conti is. Tenslotte ligt Bourgogne niet zo ver van België, toch?

Velen dromen ervan een grote Bourgogne te maken in hun tuin. Vandaar dat heel wat domeinen ook Chardonnay en Pinot noir aangeplant hebben in ons land, en dan vooral in Vlaanderen. Maar er is een probleempje met deze druiven: ze houden niet van vochtig weer. Wie ze wil houden, moet bij elke serieuze regenbui gaan sproeien.

Van oudsher waren deze druivelaars resistent tegen Europese ziektes. Maar zoals de mens vatbaar is voor Covid-19 dat uit China komt, zijn de conventionele Europese druivenrassen niet bestand tegen ziektes die van elders komen: meeldauw (oïdium) en valse meeldauw (mildiou) zijn ziektes die uit Amerika meekwamen met de eerste scheepsladingen met exotische vruchten. Het gevolg van deze ziektes zijn kleinere oogsten van een mindere kwaliteit omdat ze het bladgroen aantasten en het zijn precies de (gezonde) bladeren die voor de goede rijping van de druiven zorgen. Bij echte meeldauw kunnen de druiven zelfs barsten. Deze ziektes komen voor bij (aanhoudend) vochtig weer, en laat België nu net een vochtig klimaat hebben.

Resistente rassen
Door kruisingen tussen resistente rassen die tafeldruiven voortbrachten en echte wijnstokken (vitis vinisfera) kwam men tot interessante resultaten: druiven waarvan men wijn kon maken die grotendeels toch resistent waren tegen deze ziektes. Men is deze druiven ‘hybriden’ gaan noemen. Aanhangers van deze druivenrassen noemen ze echter liever “interspecifieke soorten” omdat hun eigenschappen tussen vitis vinisfera liggen en tafeldruiven. In Oostenrijk noemt men deze soorten PIWI’s: Pilzwiderststandsfähigen.

Het grote voordeel is dat de meeste hybriden wél resistent zijn tegen meeldauw, valse meeldauw en botrytis (grijsrot gecreëerd door vochtig weer in het najaar). Dus u moet niet om de haverklap gaan spuiten met fytosanitaire producten of met Bordelese pap (biologisch middel = kopersulfaat) om de planten te beschermen. Bij echte meeldauw volstaat Bordelese pap niet, verstuifbare sulfiet (“spuitzwavel”) is dan aangeraden.

Met interspecifieken kan u kwalitatieve wijn maken. Bon Baron kreeg de prijs van Beste Belgische Wijn met een Cabernet Dorsa. Dus het lijkt ideaal om als beginnend wijnbouwer te kiezen voor hybriden. En het zijn ook hybride rassen die u kan winnen met de Vino-wedstrijd.

Goed om weten: in Wallonië zweert men meer en meer bij hybride rassen, in Vlaanderen eerder bij conventionele rassen. In Wallonië vinden we ook meer biologische wijndomeinen.

Lees ook het artikel: “Creëer een micro-wijngaard in je eigen tuin!”

Afbeelding: de hybride Cabernet Cortis, een van de succesvolle interspecifieke soorten in België.